Begrijpend lezen: w-vragen
Wie? Wat? Waar? Wanneer?
Laat alle vragen zien
<=
=>
Lees de tekst.
Wie
heeft de tak van de boom gehaald?
?
Daan
?
tante Lien
Wat
heeft Daan met de bladeren gedaan?
?
Daan heeft de bladeren van de tak geplukt.
?
Daan heeft de bladeren van de boom gehaald.
Waar
ligt de stok?
?
in de tuin
?
in het bos
Wanneer
gaat Daan naar het bos?
?
morgen
?
gisteren
OK