“Ik kan onder elkaar aftrekken."
Zet onder elkaar en reken uit: 2.539,037 - 592,88 =
- 2.479,749
- 2.4797,49
- 3131,917
- 1946,157
Zet onder elkaar en reken uit: 39.437,85 - 7.937 =
- 47.374,85
- 31.000,85
- 31.500,85
- 39.429,913
- Niets!
- Eddo zet het grootste getal niet bovenaan.
- Eddo vergeet van 5.738,8 eerst 5.738,80 te maken.
- Eddo gebruikt de eerste kolom niet.
- 5 + 5 = 10 en geen 11 .
- Ilse schrijft 5738,80 in plaats van 5738,8 .
- Ilse doet plus in plaats van min.
- Niets!
- Sander vergeet de 1 van 5 + 5 = 10.
- Alles wat je maar bedenken kunt.
- Niets!
- Sander
doet 8 - 9 = 1
- Dat is niet nodig.
- Een minsom controleer je met een plussom.
- Je ziet zo al dat het fout is, door de 0 voor 129,90 .
- Door de som gewoon nog eens uit te rekenen.