"Ik kan tellen met kleine en grotere sprongen."

Tel met sprongen van 10.
0 - 10 - - -



Tel door.
77 - 78 - - -



Tel terug.
62 - 61 - - -



Tel met sprongen van 25.
0 - 25 - - -



Tel terug met sprongen van 10.
100 - 90 - - -



Tel door.
48 - 49 - - -



Tel terug.
73 - 72 - - -