Nederlands: lijdende en bedrijvende vorm
Aan de rechterkant vind je de oefeningen.
UITLEG
Het lijdend voorwerp in de bedrijvende zin wordt het onderwerp in de lijdende zin.
Andersom:
Het onderwerp in de lijdende zin wordt het lijdend voorwerp in de bedrijvende zin.
TIPS
Als een bedrijvende zin in de onvoltooide tijd staat, moet je in de lijdende zin het hulpwerkwoord worden gebruiken.
Als een bedrijvende zin in de voltooide tijd staat, moet je in de lijdende zin het hulpwerkwoord zijn gebruiken.