Wie of wat wordt bedoeld met hij in r. 3?
In de eerste alinea lees je, dat Bart een bijzondere spin ontdekte.
Wat past het best op de plaats van de 1?
In r. 10 staat: Vreemd is het niet, dat de spin in de gekoelde container kon overleven.
Wat geeft het woord hoewel in r. 13 aan?
De titel van de tekst is: Opmerkelijk. Er is een betere titel.
Wat is dit voor een tekst?