"If" or "When"?

Vul alles in en klik dan op "Controleer". Druk op [?] of "Hint" voor hulp. Dat kost echter wel punten.
Wanneer gebruik je if en wanneer gebruik je when?

If (indien) heeft te maken met een mogelijkheid. De zin is vaak om te buigen als: mocht het gebeuren...
When (wanneer) heeft meer te maken met een tijd.

Vergelijk deze twee zinnen:
1. I'll phone you if I ever get back.
2. I'll phone you when I get back.

In zin 1 ben je er nog niet zo zeker van dat je terugkomt... Maar mocht je terugkomen, dan...
In zin 2 ga je er zeker van uit dat je terugkomt en je belooft, dat je dan zult bellen.


Opdracht: vul in onderstaande zinnen if of when in.

1. it snows tomorrow, we won't go to the city.
2. My mother will buy me a scooter I'm sixteen.
3. I leave school, I usually go to the sports club.
4. Sue eats, she tries to choose healthy foods.
5. Mary doesn't come in her car, we'll take the subway.
6. Jennifer hates TV. she watches any television at all, it is usually a fashion program.
7. I'm leaving school now. I'll finish this letter I get home.
8. Peter loves going to the movies. he goes to the movies, he always gets a large popcorn.
9. I am late, don’t wait for me.
10. I get up in the morning I usually drink a cup of tea.