Past Simple Future, 'going to' en Past Future Continuous

De Past Simple Future gebruik je:

- Bij een voorwaarde ('if'):

Voorbeeld: I would lend you the money, if I had any (ik zou je het geld lenen, als ik het had).

- Als er nog geen plan bestaat (neutrale vorm):

Voorbeeld: We hoped that the next day would be sunny (we hoopten het, maar het was onzeker).

 

'Going to' gebruik je:

- Bij een bestaand plan:

Voorbeeld: I was going to make the supper (er was besloten dat jij het avondeten zou verzorgen).

- Als er reden was om aan te nemen dat iets zou gaan gebeuren:

Voorbeeld: I was afraid it was going to rain (je verwachtte daadwerkelijk dat het zou gaan regenen).

 

De Past Future Continuous ('ing- vorm') gebruik je:

- om aan te geven dat de handeling op een bepaald moment aan de gang zou zijn:

Voorbeeld: I would be studying English, when you arrived that night.

 

NB: je merkt dat de Past Future erg lijkt op de Present Future. Het verschil is in feite dat de tekst in de verleden tijd staat.

 

Oefeningen: Klik hier voor de oefening