"Ik kan een verhoudingstabel invullen."


We gaan limonade maken voor de hele school.
1 fles limonade moet aangelengd worden met 8 flessen water:


De verhoudingstabel heb ik voor je ingevuld:


Ziezo. We hebben genoeg limonade voor groep 1.

Voor groep 2 lengen we ook 1 fles limonade aan met 8 flessen water.
In totaal hebben we nu flessen limonade gebruikt en flessen water.
In de tabel ziet dat er zo uit:


Nu maken we de limonade voor de volgende 2 groepen klaar.

Op de plaats van het vraagteken moet ingevuld worden.

Nog één keer verdubbelen en we hebben genoeg limonade voor alle 8 de groepen:

Op de plaats van het vraagteken moet ingevuld worden.

Ziezo, de limonade is klaar. Voor de hele school zijn 8 flessen limonadesiroop en 64 flessen water nodig!


Onthoud: in een verhoudingstabel kun je verdubbelen.