Wat je hier ziet, is een
assenstelsel:
De lijn die rood gemaakt is, de horizontale as, heet de
X-as.
De lijn die groen gemaakt is, de verticale as, heet de
Y-as.
De (hier) geel gemaakte
O noemen we de
oorsprong.
OK, we gaan wat doen.
Om bij punt E te komen, wandelen we vanuit de oorsprong 5 stappen over de X-as en gaan vervolgens
stappen omhoog.
We zeggen: de
x-coördinaat van punt E is 5 en de
y-coördinaat is 6.
We schrijven dat zo op: (5,6).
Opdracht 1Vul in:
De coördinaten van punt B zijn
(,).
Let op: de x-coördinaat staat altijd vooraan.De coördinaten van punt F zijn
(,).
Punt A ligt op de Y-as en heeft de coördinaten (0,5).
Opdracht 2Vul in:
De punten C en
liggen op de X-as.
Hoofdletter!
De coördinaten van C en D zijn (2,) en (,).
Onthoud de begrippen as, assenstelsel, oorsprong en coördinaten.
Onthoud ook dat de x-coördinaat altijd vooraan staat!