Terug naar het overzicht van groep 7

Wonen

Waarschuwing: als je (per ongeluk) niet de hele lijst kopieert en plakt, kan dat leiden tot verkeerd oefenen!

Begrippen (lijst kopiëren en plakken in het eerste vak van de oefening):

de aannemer#
de accessoire#
de afmeting#
de atmosfeer#
de belasting#
benauwd#
een pand betrekken#
comfortabel#
degelijk#
egaal#
de plavuizen#
het fundament#
het laminaat#
onroerend goed#
particulier#
de inboedel#
het kozijn#
de hypotheek#
waterpas#
de stukadoor#

Betekenissen (lijst kopiëren en plakken in het tweede vak van de oefening):

wie bouwopdrachten uitvoert#
bijkomstige zaak, aanvulling#
hoe lang, breed of hoog iets is#
de lucht om ons heen#
mate waarin iets door gewicht belast wordt#
te weinig frisse lucht#
in een pand gaan wonen#
wat plezierig voelt#
wat stevig of goed in elkaar zit#
oppervlak zonder bobbels#
stenen vloertegels#
waar een gebouw op steunt#
vloer die op parket lijkt#
wat je niet kunt verplaatsen#
van één persoon, niet van iedereen#
spullen in een huis#
rand om een raam of deur#
lening voor een huis#
horizontaal#
wie muren en plafonds gladmaakt met gips#