Spreekwoorden en gezegden, groep 7-8

Online oefenen bij dit boek:

 

Thema: huis en tuin

Spreekwoorden (lijst kopi�ren en plakken in het eerste vak van een oefening op deze pagina)

Veel in huis hebben#
Aan de bel trekken#
Iemand om de tuin leiden#
Dat is niet om over naar huis te schrijven#
Ergens over de vloer komen#
Met de deur in huis vallen#
Het viel hem koud op zijn dak#
Daar kan de schoorsteen niet van roken#
De vloer met iemand aanvegen#
Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens#
Ergens intuinen#
Uit je dak gaan#
Zijn bedje is gespreid#
Iets van tafel vegen#
Iets van de daken schreeuwen#

Waarschuwing: als je (per ongeluk) niet de hele lijsten kopieert en plakt, kan dat leiden tot verkeerd oefenen!

 

Betekenissen (lijst kopi�ren en plakken in het tweede vak van de oefening)

Veel talenten hebben#
Zeggen dat er iets niet klopt#
Iemand bedriegen#
Daar kun je maar beter over zwijgen#
Ergens aan huis komen, bij iemand thuis komen#
Onverwachts langskomen#
Het was een onprettige verrassing#
Daar kan je niet van leven#
Felle kritiek leveren op een persoon#
Het is nergens beter dan thuis#
De grap niet doorzien, niet doorhebben dat je in de maling wordt genomen#
Helemaal gek worden van blijdschap#
In een situatie komen waar alles voor je geregeld is#
Duidelijk zeggen dat je iets geen goed plan vindt#
Iets aan iedereen vertellen#