Online oefenen bij dit boek:
Thema: het weer
Spreekwoorden (lijst kopiëren en plakken in het eerste vak van een oefening op deze pagina)
Hoge bomen vangen veel wind# |
Stilte voor de storm# |
Er is geen wolkje aan de lucht# |
Achter de wolken schijnt de zon# |
Het ijs is gebroken# |
Niet over één nacht ijs gaan# |
Voor niks gaat de zon op# |
Het zonnetje in huis zijn# |
Daar kun je donder op zeggen# |
In de wolken zijn# |
De wind van voren krijgen# |
Het kan vriezen en het kan dooien# |
Het loopt daar storm# |
Zijn gezicht staat op onweer# |
Met alle winden mee waaien# |
Waarschuwing: als je (per ongeluk) niet de hele lijsten kopieert en plakt, kan dat leiden tot verkeerd oefenen!
Betekenissen (lijst kopiëren en plakken in het tweede vak van de oefening)
Belangrijke mensen krijgen veel kritiek# |
Ongewone rust voordat het heel druk wordt# |
Er is niets aan de hand# |
Na narigheid volgt vaak weer geluk# |
Ze kunnen weer goed met elkaar praten# |
Goed nadenken voordat je iets doet# |
Niets krijg je voor niks# |
Degene zijn die de boel opvrolijkt# |
Dit gaat zeker gebeuren# |
Ergens heel blij om zijn# |
Op je donder krijgen# |
Het kan goed en het kan slecht uitpakken# |
Het is vreselijk druk# |
Hij is erg chagrijnig# |
Het met iedereen eens zijn# |