Citotrainer Nederland

Hoe gebruik je leestekens?

Houd het eenvoudig en vraag je niet teveel af: waarom? Kan het ook anders?

Volg gewoon de voorbeelden die hieronder staan.

Punt

Een punt zet je aan het eind van een zin. Je drukt er GEEN gevoel mee uit.

Deze plant heeft elke dag water nodig.

Uitroepteken

Een uitroepteken staat ook aan het eind van een zin. Je drukt er WEL gevoel mee uit.

"Je had beloofd, dat we vandaag naar de Efteling zouden gaan!"

Als je iemand waarschuwt of iets roept/schreeuwt, gebruik je ook een uitroepteken.

"Pas op, het is hier glad!"

Vraagteken

Dit teken zet je natuurlijk aan het eind van een vraag.

"Wil je iets voor me doen?"

Komma

Je gebruikt een komma in een opsomming.

"Neem morgen je laarzen, een paraplu, een boterham en een pakje drinken mee."

Je gebruikt een komma tussen bijvoeglijke naamwoorden.

"Wat een prachtige, antieke, eikenhouten kast is dat!"

Je gebruikt een komma, als je iemand aanspreekt.

"Meneer, kan ik u helpen?"

"Hoe laat kom je, Henk?"

Je gebruikt een komma, als je informatie toevoegt, die je ook weg kunt laten:

De twee jongens, die elkaar al tien jaar kenden, deden boodschappen voor oude mensen.

Je gebruikt een komma, als daarna een voegwoord volgt.

Ze deed haar sjaal om, want het was koud.

Je gebruikt een komma in een zin met meerdere persoonsvormen.

Als we morgen gaan, zijn de winkels open.

Je gebruikt GEEN komma voor het woord "en".

Tess komt morgen en dan gaan we naar de stad.

Dubbele punt

Een dubbele punt schrijf je, als iemand iets gaat uitspreken.

Jasper zegt: "Ik vind het een spannend boek."

Vergelijk de zin hierboven met de zinnen hieronder.

"Ik vind het een spannend boek", zegt Jasper.

Jasper zegt dat hij het boek spannend vindt.

Je gebruikt een dubbele punt ook, als je iets gaat uitleggen/toelichten.

Volgende week maken we de Cito-toets: een toets waarmee je niveau bepaald wordt.

Je ziet dat hier na de dubbele punt GEEN hoofdletter volgt.

Puntkomma

Puntkomma's zijn we in Cito-toetsen over leestekens nog niet tegengekomen.

Aanhalingstekens

Je schrijft aanhalingstekens, als iemand begint te praten en als hij stopt met praten.

Boer Harms zegt: "De koeien zijn al gemolken. Straks ga ik met de tractor het land op."

Je schrijft ook aanhalingstekens, als je een woord wilt aangeven.

Waar denk je aan bij het begrip "vervoer"?

Soms bedenk je een woord, omdat je GEEN beter woord weet. Dan kun je ook aanhalingstekens gebruiken.

Met mijn "glimtaart" won ik mooi de eerste prijs!

Er bestaan dubbele aanhalingstekens (") en enkele aanhalingstekens ('). Tip: gebruik dubbele.

Hoofdletters

Hier vind je uitleg over het gebruik van hoofdletters: https://leestrainer.nl/Spelling/regel/hoofdletter/bb/regels.htm